François
de l'Aubepine (ook : l'Aubespine)
heer van Hauterive (ook : Haulterive). 1
Bron : Het Staatsche Leger (1568-1795) door F.J.G. ten Raa en F. de Bas (deel 3 en deel 4) Het
voornemen tot vermindering der infanterie in het
jaar
1609 (begin van het Twaalfjarig Bestand) tijdens de Tachtigjarige
Oorlog)
baarde moeilijkheden van verschillenden aard. Koning Hendrik
IV (van Frankrijk) wenschte
de verdeling
der 4000 Franschen over de regimenten (in Staatschen Dienst) van
Châtillon
en Bethune te handhaven : elk samengesteld uit een compagnie colonelle
van 200 en achttien compagnieën van 100 hoofden. Een
resolutie der Staten generaal d.d. 20 juni 1609
betrof
het reglement op het onderhoud der regimenten infanterie van
Châtillon,
Bethune en de beide Fransche vanen in Staatschen Dienst. Hoewel na de dood van koning Hendrik IV verandering in de geregelde toezending der gelden ontstond voldeed de Republiek zoo goed mogelijk aan hare verplichtingen en bleef de regering van Lodewijk XIII ter wille. De door het verdrag van St. Menehould (15 mei 1614) tot stand gekomen verzoening tusschen kroon en de misnoegde edelen - Kolonel d'Hauterive is samen met twee andere Fransche officieren in Staatschen dienst nl. kolonel-generaal Gaspard de Coligny en luitenant-kolonel-generaal baron de Courtomer (= Antoine de Sainct-Simon, baron van Courtomer) zonder verlof toegetreden tot de zijde van ontevreden edelen (gekant tegen de z.g. Spaanse huwelijken van Lodewijk XIII met Anna van Spanje (ook Anna van Oostenrijk - jdl) en van haar broer de latere Philips IV met prinses Elisabeth van Frankrijk).stemden de Staten Generaal gunstig om de benoeming door den koning van Châtillon tot kolonel-generaal en van Courtomer tot luitenant-kolonel-generaal te erkennen (Res. S.G. 10 mei 1614); bovendien bewilligden zij de samenstelling van een derde regiment Franschen in Staatschen Dienst onder kolonel Hauterive, mits zonder geldelijke bezwaren voor den lande. De beide bestaande regimenten, elk van 19 compagnieën, moesten tot samenstelling van een derde regiment vijf compagnieën afstaan, zoodat zij resp. 14, 14 en 10 compagnieën telden. De staat van oorlog werd alleen verhoogd met de traktementen van de regimentsstaf (kolonel, luitenant-kolonel, sergeant-majoor, kwartiermeester en provoost) (Res. S.G. 26 en 30 juli 1614). De
reorganisatie kwam pas in 1615 tot uitvoering;
tevens
werden twee compagnieën met 25, één compagnie met 50
man verminderd ten einde alle compagnieën op 100 hoofden te
brengen. Als chef van het nieuwe Fransche regiment trad op François de Laubespine, heer van Hauterive. Ofschoon ook voor de Fransche regimenten, die veelal over zee werden aangevoerd, het loopgeld aanvankelijk £ 4 bedroeg, verdubbelde de regering dit bedrag bij de verklaring van den kolonel Haulterive, dat hij zich niet met £ 4 kon vergenoegen, strekkende tot vermindering ende misachtinge van hunne natië (Res. S.G. 13-1-1621). In 1621
werden alle compagnieën der drie
regimenten
versterkt tot 120 hoofden. De Fransche kapiteins konden hunnen recruten slechts 'steelsgewijze' bekomen, uit vrees der Fransche regering, dat zij zich naar La Rochelle zouden begeven (Res. S.G. 24 sept. 1622). De
hervatting der vijandelijkheden in 1621 gaf den
Staten
Generaal aanleiding om de Fransche regering te herinneren dat Prins
Maurits beschikte over alle militaire ambten, ook bij de Fransche
korpsen. In 1624 kreeg kolonel Hauterive het bevel over de Franschen en de Walen bij de verdediging van Breda (Breda werd door de Spanjaarden in dat jaar heroverd op prins Maurits). In 1625 aanvaardde de hertog van Candalle, het vorig jaar herwaarts gekomen 'omme te toonen zijn couragie ende suffisance tegen den vijand' het bevel over een vierde regiment Franschen in Staatschen Dienst (Res. S.G. 2 sept. 1624). Het regiment Hauterive kolonel : 1615 François de Laubespine, heer van Hauterive, markies van Châteauneuf. luitenant-kolonel : 1615 Isaäc de Raguet Cuysy (Res. R.v.St. 5 dec. 1615). Hij overleed in 1617. : 1617 Joseph du Motet (Res. R.v.St. 29 april 1617) Hoewel langen tijd afwezig om Geneve met raad en daad bij te staan, ontving hij toch traktement (Res. S.G. 17 juni 1623).
: 1617 ....... dâ Amont (Res. R.v.St. 12 mei 1617).
Uit het
register van benoemingen der Staten Generaal
: Na het 12-jarig bestand is het regiment Hauterive o.a. betrokken geweest bij de volgende krijgshandelingen : 30 aug. 1621 - Schenkenschans tot Doornick tusschen Emmerick en Rhees (Staatsarchief Wiesbaden, Mi 676). 2 okt. 1622 - Toen zijn excie (pr. Maurits) tot Rosendael ginck logeren ende Bergen-op-Soom ontsetten. 9 sept. 1624 - marsorder naar Cleve, waar de burgers de poorten openden; de bezetting van het kasteel gaf zich na enkele schoten over. 1 aug. 1626 - marsorder naar IJsselbrug ten Z.O. van Gendringen. 23 aug. 1626 - de soldaten gingen alte sament scheep tot Dordrecht op den aenslach van Hulst. 30 apr. 1629 - marsorder van Reeck tot omtrent Heeswijck. 18 apr. 1629 - bezetting Neder Betuwe te Reenen. 30 mei 1631 - order hoe het leger sal marcheren uit de schepen die in het Jonkvrouwgat liggen tot Watervliet. 9 juni 1631 - order om te marcheren van Watervliet tot in de schepen. 19 juni 1631 - marsorder uyt de schepen omtrent Poederoyen tot Druynen in de Langestraat. 3 sept. 1631 - marsorder van Druynen naar Geertruydenberch in de schepen om naer Bergen-op- Soom te varen. 7 sept. 1631 - marsorder uyt de schepen door Bergen-op-Soom naer de Noortgeest. François
de l'Aubepine, heer van
Hauterive, baron
van Châteauneuf is vanaf 1639 gouverneur van Breda. Traktement
£
400 's jaars. Op 21 juni
1986 opgetekend uit 'Het Staatsche
Leger' (F.J.G.
ten Raa en F. den Bas) door Jan Lafeber. Pierre
Lafeber en Jeane de l'Islemoine Bij zijn huwelijk in 1636 was Pierre Lafeber soldaat in de compagnie van mons. le collonel d'Hauterive. Het regiment Hauterive was één der franse regimenten, die deel uit maakten van het Staatse leger onder bevel van prins Maurits en vanaf 1625 onder bevel van prins Frederik Hendrik. In 1632 was
het regiment d'Hauterive
(bestaande
uit 11 compagnieën) onderdeel van het Staatse Leger, dat
Maastricht
belegerde en innam. Het is niet
onwaarschijnlijk, dat tijdens deze
veldtocht Jeane
de l'Islemoine uit het Zuid-Nederlandse Fraipont kennis heeft
gemaakt
met de franse soldaten in dienst van de republiek : Jacques
Gérard
en Pierre Lafeber (resp. haar eerste en tweede man). In welke
omstandigheden
die kennismaking heeft plaatsgevonden zal wel altijd in het schimmige
duister
van de geschiedenis verborgen blijven. 1 Hauterives
een plaats ten
zuiden
van Lyon en ten westen van Grenoble aan de Galauze, een zijrivier van
de
Rhône; in de onmiddellijke omgeving van Hauterives ligt de plaats
Chateauneuf de Galauze. |
|
|